Lifestyle
Bibberende beesten: zo weet je of je huisdier het wel warm genoeg heeft
Gepubliceerd op
27 november 2022 om 12:00
Bron / Fotografie
tekst Bente van Diepen, beeld Unsplash
Gepubliceerd op
27 november 2022 om 12:00
Bron / Fotografie
tekst Bente van Diepen, beeld Unsplash
Met die takkehoge gasprijzen denk je toch twee keer na voordat je die verwarming op standje stoken zet. Maar hoewel jij het prima warm hebt met twee paar wollen sokken aan, is je huisdier een stuk afhankelijker van de temperatuur in huis. Hoe weet je nou of je viervoeter het niet te fris vindt in je stekkie?
Je kunt ten slotte niet met ze praten. Gelukkig kan Marieke Dijkstra van Medisch Centrum voor Dieren dat wel. Zij is internist, wat wil zeggen dat ze gespecialiseerd is in diagnostiek en behandeling van inwendige ziekten bij dieren. Ziekte is een van de factoren die meespelen bij hoe snel je huisdier begint te rillen, net als het soort vacht, wel of geen kale buik hebben en de leeftijd, en dus bellen we haar op.
Lees ook: Oorsmerig: zo ranzig zijn jouw oordopjes en zo maak je ze schoon
Wij kunnen een trui aan doen, onze viervoeters niet. Wanneer is het te koud voor ze? 'Het is per dier heel verschillend of de temperatuur in huis aangenaam is. Het is een kwestie van gezond verstand en naar je dier kijken. Wat voor vacht zit erop? Een hond met een flinke vacht zal het minder snel koud hebben dan een naaktkat. Maar gemiddeld zijn de meeste temperaturen binnenshuis prima te doen voor onze viervoeters. Pas bij temperaturen van beneden de tien graden wordt het te koud voor onze dieren, voor gezonde dieren met een vacht dan. Bij zieke, oude of naakte dieren is dat beneden de vijftien graden. Als het goed is zijn de meeste huizen warmer dan die temperaturen, dus zou ik niet bang zijn voor een te koud huis.'
Gelukkig. Toch zijn we benieuwd: hoe zie je of je huisdier het fris heeft in huis? 'De eerste reactie als dieren het koud hebben is - net als mensen - rillen. De haren springen overeind. Vaak kruipen ze in hoekjes waar ze kunnen opwarmen, bijvoorbeeld dichtbij een houtkachel of kruipen ze in mandjes. Je kunt opmerken dat ademen langzamer en oppervlakkiger gaat en dat de hartslag trager wordt. Als je als eigenaar merkt dat je huisdier flink aan het bibberen is, kun je een kruikje geven aan het dier. Maar zorg er wel voor dat deze warmtebron nooit in direct contact staat met de huid. Plaats een handdoek tussen de buik en de kruik in verband met verbranding.'
Wij zouden ons dan warmer aankleden. Moeten we onze dieren dan ook een extra vacht geven? 'Nee, de meeste dieren redden zich prima. Dieren met vacht creëren automatisch een winterlaag, wat ook dient als isolatielaag. Hierdoor kunnen zij zonder kou te lijden naar buiten. Het wordt zelfs heet voor de viervoeter, aangezien ze al een winterse haarlaag hebben. Een extra jasje is bij dieren met vacht vaak niet nodig. Uitzondering: als een hond heeft getraind met z'n baasje op een koud/nat veld en door-en-door nat wordt. Na de oefeningen moet het dier op een droge plek kunnen opwarmen. Bij oude, zieke of naakte dieren raad ik in ieder geval een jasje voor buiten aan. Deze groep maakt geen eigen winterlaag aan, en is daardoor niet goed geïsoleerd voor koude temperaturen. Een kledingstuk met vulling kan hierbij helpen.'
Lees ook: Droom lekker verder: dankzij deze kleur beddengoed slaap je beter
En hoe kunnen we het binnen aangenamer voor hen maken? 'Het is fijn om verschillende warme plekjes te creëren waar de dieren kunnen wegkruipen. Ze kunnen dan zelf bepalen of ze op de deken, het tapijt of in de mand willen liggen. Ik scoorde laatst bij de kringloop voor een paar tientjes een warme, puur wollen deken. Dat is voor dieren ook zalig om in te kruipen. Sowieso is het fijn om in de koudere maanden een kleed neer te leggen. De kou trekt op vanuit de vloer. Daarom trekken wij mensen ook vaak sloffen aan. Voor dieren is het prettig om op een tapijt te lopen, of te liggen.'
delen
Redactie
@andcgramDe &C-redactie bestaat uit enkel vrouwen en iedereen verzamelt wel iets. Katten, memes of dates bijvoorbeeld. Ze slurpen koffie alsof er levens vanaf hangen, verruilen het diner maar al te graag in voor een snackbox van de lokale friettent en dragen heus weleens wat anders dan pastel. Wees maar niet bang.