Body & Mind
Michael (27) woont nog bij zijn ouders: 'Het is voor mij zelfs reden om even niet te daten'
Gepubliceerd op
25 oktober 2024 om 20:00
Bron / Fotografie
interviews Joanne Wienen, fotografie Tom ten Seldam
Gepubliceerd op
25 oktober 2024 om 20:00
Bron / Fotografie
interviews Joanne Wienen, fotografie Tom ten Seldam
Eén huishouden, één adres, zo luidt de norm. Maar de vier mensen die in &C's novembernummer staan pakken het – bewust of noodgedwongen – anders aan. Michael den Oudsten woont bij zijn ouders in Lopik.
Michael (27): 'Op mijn 22ste kocht ik samen met mijn toenmalige vriend een nieuwbouwhuis in Nieuwegein. Het was een buitenkans: oude kantoorpanden werden omgebouwd tot mooie appartementen en wij werden ingeloot. Helaas ging mijn vriend er nog vóór de eerste steen was gelegd met een ander vandoor. Even overwoog ik hem uit te kopen en er alleen te gaan wonen, maar ik kon de hypotheekkosten net niet in mijn eentje ophoesten. Er zat niets anders op dan bij mijn ouders te blijven wonen, en daar zit ik nu, ruim vijf jaar later, nog steeds.
Als coördinator administratie bij een compressorfabrikant verdien ik te veel voor sociale huur, maar niet genoeg om naast de huur voor een vrijesectorwoning ook nog leuk te leven. Het liefst zou ik iets kopen, maar tot nu toe vis ik steeds achter het net. Ik verdien inmiddels bijna duizend euro meer dan vijf jaar geleden, maar omdat de hypotheekregels zijn veranderd en de huizenprijzen zijn meegestegen, heb ik daar niets aan. Huizen die ik me kan veroorloven, staan in Zeeland, Groningen of Limburg. Vast heel leuke plekken om te wonen, maar voor mij te ver weg van mijn werk in Rotterdam of mijn vrienden, die vooral in de omgeving van Utrecht wonen.
Samenwonen met een huisgenoot heb ik overwogen, maar dan loop ik waarschijnlijk tegen dezelfde dingen aan als nu met mijn ouders. Ik ben mijn ouders dankbaar dat ik nog bij hen kan wonen, kosteloos ook nog eens, maar hoe ouder ik word, hoe meer ik verlang naar een eigen plek. Mijn ouders vinden het niet erg als het huis wat rommeliger is, terwijl ik van opgeruimd hou. Ik zou mijn schouders erover op kunnen halen, maar ik ben nogal een flapuit. Soms móét ik er gewoon iets van zeggen. Dan botst het weleens tussen ons. Mijn slaapkamer is twee bij vier vierkante meter, dus veel ruimte om me terug te trekken is er niet. Ik ga veel de deur uit, sporten of naar vrienden. De meesten van hen hebben koophuizen of wonen samen. Ten opzichte van hen voel ik me zwaar achterlopen.
In gesprekken met anderen probeer ik het onderwerp wonen te vermijden. Het voelt ongemakkelijk om te moeten zeggen dat ik nog thuis woon. Mensen reageren vaak begripvol, maar zelf ben ik toch bang dat mensen denken dat ik onvolwassen ben of een moederskindje. Het is voor mij zelfs reden om even niet te daten. Dan hoef ik ook niks uit te leggen. Mijn doel is om binnen twee jaar een eigen huis te vinden, want ik zie mezelf niet op mijn dertigste nog bij mijn ouders wonen.
Volgens mij heb ik niet heel hoge eisen. Een appartement ergens in de randstad, in een leuke wijk, het liefst met meerdere slaapkamers zodat ik ruimte heb om de voorraad van mijn bedrijfje in edelstenen en mineralen op te slaan. Het voelt op dit moment nog als zoeken naar een speld in een hooiberg, maar ik hou hoop. Ooit zal het me toch moeten lukken.'
Benieuwd naar de andere drie mensen met een bijzondere woonsituatie? Die verhalen lees je in &C's novembernummer 'Gluren bij de buren' die nu in de winkels ligt, of haal 'm gewoon hier online, kan ook:
Scoor hier &C's novembernummer!
delen
Redactie
@andcgramDe &C-redactie bestaat uit enkel vrouwen en iedereen verzamelt wel iets. Katten, memes of dates bijvoorbeeld. Ze slurpen koffie alsof er levens vanaf hangen, verruilen het diner maar al te graag in voor een snackbox van de lokale friettent en dragen heus weleens wat anders dan pastel. Wees maar niet bang.