Sanne vocht tegen extreme zwangerschapsmisselijkheid: 'Laat het maar misgaan, ging door mijn hoofd'

Oh Baby!

Sanne vocht tegen extreme zwangerschapsmisselijkheid: 'Laat het maar misgaan, ging door mijn hoofd'

Anne van Aartrijk
Door

Anne van Aartrijk

Gepubliceerd op

19 augustus 2024 om 17:00

Bron / Fotografie

fotografie Dario en Misja

Gepubliceerd op

19 augustus 2024 om 17:00

Bron / Fotografie

fotografie Dario en Misja

Die misselijkheid hoort er nou eenmaal bij, dacht Sanne Huis in 't Veld aan het begin van haar zwangerschap. Tot-ie niet meer wegging. Ze bleek de aandoening hyperemesis gravidarum te hebben. Vertaling: extreme zwangerschapsmisselijkheid, totale uitputting en alle eenzaamheid die dat met zich meebrengt. Ze deelde haar verhaal voor &C's Oh Baby! special.

Sanne (36): 'Nu is het echt, dacht ik toen ik de positieve zwangerschapstest in handen had. Mijn partner en ik hadden verwacht dat het nog wel even zou duren toen ik stopte met de pil, maar het was meteen raak. Er was een lichte shock, maar vooral heel veel blijdschap. De eerste weken van mijn zwangerschap ging het prima met me, pas vanaf week vijf of zes werd ik misselijk. Écht misselijk. Maar, dacht ik, dat hoort erbij. Het is immers zwangerschapsverhaal nummer één dat je hoort: je wordt misselijk. 'O joh, eet even een cracker in de ochtend,' zei iedereen die ik sprak. 'Of drink lekker een gemberthee.' Ik ging in de overleefstand: straks zou het weggaan en beter worden, dan zou ik 'leuk' zwanger zijn. 

Ondertussen gingen we van echo naar echo, maar de misselijkheid bleef. 'Met tien weken wordt het echt minder,' zei iedereen. Met tien weken was ik nog steeds misselijk. 'Nee, met twaalf weken, dan wordt het écht minder, dan hebben de meeste vrouwen geen klachten meer.' Nog steeds misselijk. Toen kwamen de zestien weken, de twintig weken en daarna de vierentwintig weken, maar de misselijkheid bleef maar en bleef maar.'

De ergste kater uit je leven 'Er zat weleens een betere dag tussen, maar over het algemeen had ik altijd last van een extreem misselijk gevoel. Stel je eens de ergste kater uit je leven of een heftige voedselvergiftiging voor, en dat dan de héle tijd. Ik had om de haverklap misselijkheidsaanvallen en moest continu kokhalzen, niet één keer, maar totdat ik bijna geen adem meer kreeg. Meestal kwam er niets uit, hooguit wat gal of spuug, maar de constante brok in mijn keel bleef.

Op een gegeven moment nam dat gevoel me helemaal over, wat ik ook deed. Met inspanning werd het alleen maar erger. Ik fietste in vijftien à twintig minuten naar mijn werk, maar dat was al snel te veel gevraagd. In plaats daarvan ging ik maar met de bus, die op vijf minuten lopen van mijn huis vertrok. In die vijf minuten stond ik misschien wel drie keer tussendoor in een hoekje op straat te kokhalzen. Ook de trap kon ik niet meer af zonder emmer in mijn hand. Het was echt doodvermoeiend. In het begin sleepte ik mezelf er nog wel doorheen, maar na een tijd merkte ik dat het niet ophield en werd het mentaal één grote strijd.

Lees ook: Perspraat: 'Na beide bevallingen kreeg ik een postnatale depressie'

Wat ik het allermoeilijkste vond, was dat er zo weinig begrip was. Mijn gevoelens werden continu weggewuifd met een 'ach, dat hoort erbij', wat de situatie heel eenzaam maakte. Mensen betrekken zoiets toch al snel op zichzelf. Zij zijn ook zwanger geweest, dus ze weten wel waar je het over hebt. En zij waren ook misselijk, maar dat ging wel weer weg. Bovendien vinden veel mensen denk ik dat je niet mag zeuren als je zwanger bent. Je mag blij zijn dat het überhaupt is gelukt om zwanger te worden. Op den duur ging ik aan mezelf twijfelen: ben ik een aansteller? Zit het niet gewoon in mijn hoofd?'

Niet zoals het zou moeten zijn 'Toen de misselijkheid mijn hele leven overnam, ik me constant moest ziekmelden op mijn werk en ongeveer  alles te veel fysieke inspanning was, besefte ik: dit is niet zoals het zou moeten zijn. Ik had inmiddels wel door dat het beeld van de altijd gelukkige, rondhuppelende zwangere vrouw op een roze wolk te kort door de bocht was, maar dit was wel heel extreem de andere kant op. Natuurlijk waren er de echo's, het horen kloppen van het hartje, het geslacht ontdekken en mijn partner de babykamer zien verven. Die momenten herinnerden me aan waar ik het voor deed. Maar verder voelde ik me vooral heel ellendig. Ik weet nog als de dag van gisteren dat ik huilend op de bank zat, er helemaal doorheen zat, en de verloskundige belde. 'Ik kan me niet voorstellen dat dit is hoe het hoort te zijn,' zei ik, 'want dit is niet normaal meer.' 'Ik kom nu naar je toe en dan gaan we zorgen dat we er wat aan doen,' antwoordde ze. Het klinkt stom, maar ik zie haar nog steeds als mijn reddende engel. Op dat moment, dat was rond de tweeëntwintig weken, voelde ik me voor het eerst echt gehoord. 

Ik werd doorgestuurd naar het ziekenhuis, waar ik onderzoeken, onderzoeken en nog eens onderzoeken onderging. Steeds kwam er niets uit. In de vierentwintigste week kreeg ik een maagonderzoek. Dat was het meest traumatische onderzoek dat ik ooit heb gehad. Ze gaan dan met een camera door je keel naar je maag. Ik dacht dat ik doodging. Weer kwam er niets uit. Geleidelijk werd de conclusie getrokken dat ik het maar voorbij moest laten gaan en dat ze na mijn zwangerschap nog eens zouden kijken. Terwijl: ik wist zeker dat het door mijn zwangerschap kwam. Op het moment dat mijn lichaam begon te veranderen, was ook de misselijkheid ontstaan.

De term HG-zwangerschap is tijdens deze hele zwangerschap niet gevallen. Ook ikzelf had ik er nog nooit van gehoord. Ik kreeg bijvoeding om genoeg voedingsstoffen binnen te krijgen, zelf kreeg ik niets weg, en medicatie tegen de misselijkheid die niet echt hielp. Verder moest ik maar gewoon doorbijten. Uiteindelijk ben ik met eenenveertig weken en drie dagen bevallen. Ik had gevraagd of ik ingeleid kon worden omdat ik zó op was, mentaal en fysiek. Dat is ook gebeurd, maar wel veel later dan ik wilde. Kijk, uiteindelijk komt het kindje er wel uit, je moet wel, maar eigenlijk begin je helemaal verkeerd aan zo’n bevalling. Wel verdween mijn misselijkheid vrijwel meteen nadat de placenta eruit was en kwam ook mijn eetlust terug. Ik kon eindelijk weer een broodje carpaccio eten, wat ik niet alleen niet mocht, maar waar ik ook al maanden geen zin meer in had. Ik was zo niets meer gewend dat ik meteen tot aan mijn oren vol zat.'

Alsof er niets gebeurd is 'Na de bevalling pakte ik mijn leven vrij snel weer op. Omdat er geen naam gekoppeld werd aan wat ik had ervaren, ging ik gewoon door alsof er niets gebeurd was. We waren gelukkig met ons kindje en ik ging weer aan het werk. Naarmate de tijd verstreek ging het zelfs weer kriebelen om ons gezin compleet te maken. Hoe erg was het nou om weer een paar weken misselijk te zijn? En misschien viel het deze keer wel mee? Ergens wist ik wel dat de kans groot was dat ik weer zo vreselijk misselijk zou worden, maar ik praatte mezelf toch hoop in, een beetje zoals je verdringt hoe pijnlijk je bevalling was.  

Het bleek inderdaad valse hoop. Ik raakte opnieuw zwanger en de extreme misselijkheid kwam terug, een klap die deze keer nog harder aankwam. Tijdens mijn eerste zwangerschap kon ik nog hopen dat de misselijkheid met zoveel weken zou verdwijnen, nu wist ik al dat dat niet ging gebeuren. Dit ging héél lang duren. Naar mijn werk gaan werd opnieuw een opgave, ik voelde me weer heel eenzaam en ik zat weer heel veel thuis. Ik sloeg uitgebreid aan het googelen en kwam op een gegeven moment de term HG-zwangerschap tegen. Hoe meer ik erover las, hoe meer alles op z’n plek viel. 

Lees ook: Perspraat: 'Niemand vertelt je over die tennisballen aan weefsel die eruit vallen'

Hyperemesis gravidarum is een zwangerschapsaandoening waarbij je extreem misselijk bent, veel moet braken, moeilijk voldoende vocht en voedsel binnenhoudt. Het komt voor bij 0,2 tot 3,6 procent van de zwangerschappen, maar de precieze oorzaak is nog niet duidelijk. Ik las eerst dat het te maken heeft met het hormoon hCG, maar tegenwoordig lijkt het toch weer ergens anders mee te maken te hebben. Ze kunnen het in ieder geval nog niet verhelpen. Wel werd tijdens mijn tweede zwangerschap al snel vastgesteld dát ik het had, omdat ik tijdens de eerste ook zo ontzettend misselijk was. Ik kreeg sterkere medicatie en werd gekoppeld aan stichting ZEHG, Zwangerschapsmisselijkheid en hyperemesis gravidarum, waar ik met lotgenoten in contact kwam. Die herkenning was heel fijn. Eindelijk voelde ik me niet meer zo alleen.

Het moment dat ik de twintig weken in mijn tweede zwangerschap passeerde, weet ik nog. Nu mag ik eindelijk aftellen, dacht ik. Wat ik deze keer ook lastiger vond, was dat ik al een kleintje had rondlopen om voor te zorgen. Door de misselijkheid kon ik niet de moeder voor hem zijn die ik graag had willen zijn. Ik lag meer op de bank dan dat ik leuk met hem kon spelen, waardoor de zorg voor een groot deel op mijn partner aankwam. Die is gelukkig heel positief ingesteld, maar daardoor kwamen we na verloop van tijd wel in een fase terecht waarin hij zei: 'Dat schuldgevoel weten we nu wel, het is wat het is,' en dat ik juist heel erg in dat schuldgevoel bleef hangen, omdat dat een beetje het enige was wat ik had.

Tegen de tijd dat ik moest bevallen, was ik nóg vermoeider dan bij de eerste. Om een beeld te schetsen: na die bevalling was ik zeven kilo lichter dan hoe ik was begonnen. Ik kon echt helemaal niets meer. Deze keer gaf het ziekenhuis eerder groen licht en mocht ik met negenendertig weken en twee dagen ingeleid worden, met het idee dat ik mijn energie daarna nog hard genoeg nodig zou hebben. Na de bevalling begint het natuurlijk pas, het leven met niet één, maar twee kinderen.'

Mentale klap 'Mensen vragen me weleens of het het allemaal waard was. Natuurlijk, zeg ik dan, ik heb nu twee zoons van wie ik ontzettend veel hou en die echt schatten van jongens zijn. Maar: er zijn wel heel veel momenten geweest waarop ik iets anders dacht. De constante misselijkheid, vermoeidheid en negen maanden lang helemaal niets kunnen: het drijft je op den duur tot wanhoop. Dit wil ik niet meer, ging er dan door mijn hoofd, laat het maar misgaan. Dat ik dat dacht, daar heb ik mentaal nog steeds heel veel last van. Mijn tweede zoon is al meer dan een jaar geleden geboren, maar ik worstel nog steeds met de schaamte en schuldgevoelens die ik aan die gedachten heb overgehouden, al helemaal als ik denk aan mensen die moeilijk of niet zwanger kunnen worden. 

Ook ben ik heel bang dat mijn zoons iets hebben gevoeld van de momenten dat ze niet gewenst waren en dat er een breuk in de hechting is. Ik weet dat de hechting niet alleen gebeurt tijdens de zwangerschap, maar toch. Zo voer ik constant een mentale strijd met mezelf. Eigenlijk is pas na de tweede bevalling goed tot me doorgedrongen wat er allemaal gebeurd is – alles voor die tijd heb ik denk ik een beetje verdrongen – en is het doorgeslagen naar een postnatale depressie. Het is heel heftig wat een HG-zwangerschap met je doet. Mijn vriend heeft niet de wens voor een derde kindje, maar hoewel ik drie zelf best leuk had gevonden, had ik het mentaal ook niet meer getrokken.

Inmiddels zit ik in therapie. Ik ben niet meer de persoon die ik voor mijn zwangerschappen was, maar dat probeer ik te accepteren. Ook ben ik mijn grenzen beter gaan inzien. Tijdens mijn zwangerschappen bleef ik zo lang mogelijk alles geven op werk, om anderen niet te veel te belasten, en nam ik veel te weinig tijd voor mezelf. Langzaamaan besef ik: als ik niet goed voor mezelf zorg, kan ik ook niet voor anderen zorgen. Ik probeer mijn sociale kring weer wat op te bouwen, want die werd op den duur heel klein. Ik voelde me zo ellendig dat ik nergens meer bij was, en had niet eens behoefte aan bezoek. Borrelen zoals vroeger doe ik alleen niet meer. Ik vind het prima om twee of drie wijntjes te drinken, maar ik wil te allen tijde voorkomen dat ik een kater krijg of me misselijk voel de volgende ochtend. Dat is echt een trigger geworden. 

Ik vind het heel jammer dat ik mijn zwangerschappen niet als iets moois heb kunnen ervaren. Ik kan, ook al wil ik dat niet, ook nog steeds jaloers zijn op zwangere vrouwen die vrolijk rondparaderen met hun buik. Maar ik ben heel dankbaar voor wat ik heb: twee fantastische zoons. Verder hoop ik meer bewustzijn te creëren rondom HG en hoe heftig zo'n zwangerschap kan zijn, en mensen mee te geven goed naar elkaar te luisteren en hulp te blijven zoeken. In die zin is mijn verhaal hier doen ook onderdeel van mijn verwerkingsproces.'

Dit interview komt uit &C's nieuwste OhBaby! special, die nu in de winkels ligt. Of haal 'm hier gewoon online:

Scoor &C's nieuwste special nu hier!

7 ,95

delen
Anne van Aartrijk

Anne van Aartrijk is redacteur bij &C, geboren in 2000 (ja, dat is al langer dan tien jaar geleden) en getogen in Brabant, maar dan zonder de zachte G. Is verslaafd aan kaasstengels en is er heilig van overtuigd altijd te kunnen voorspellen waar de treindeuren precies open zullen gaan.

Meer van deze auteur