Waar komt de paashaas eigenlijk vandaan?

Wat blijkt: de paashaas is ouder dan Jezus en komt uit Duitsland. Daar leefden tot de laatste eeuw voor Christus de Teutonen en die hielden wel van een goed verhaal. Eén van die verhalen gaat over een klein meisje dat op een dag een gewond vogeltje vindt. Ze bidt tot de godin Ostara voor hulp en die schiet meteen in superheld-modus. Ostara ziet dat het vogeltje er slecht aan toe is, maar redt het dier door 'm in een haas te veranderen. (Logisch toch?) Ostara vertelt het meisje dat de haas eens per jaar bij haar terug zal komen om gekleurde eieren te leggen.

Meerdere versies Doordat verhalen generatie op generatie werden doorverteld, ontstonden er vele verschillende versies, maar de clou is meestal hetzelfde. Haas legt eieren: een fijne lente-mythe over nieuw leven en wedergeboorte. In de vijftiende eeuw werd dit soort mythes voor het eerst neergepend en volgden er tradities. Duitse kinderen legden mutsen en hoeden in de tuin, zodat de haas er eieren in kon leggen. Best handig, hoef je ze ook niet te zoeken.

Lees ook: 10 keer de meest wanstaltige smaken paaseitjes

Paashaas op pasen Tot zover de geboorte van de paashaas. (We zullen je niet vermoeien met de wetenschappers die twijfelen over de ontstaansgeschiedenis en denken dat de gebroeders Grimm erachter zitten) Maar wat hebben die paashaas met z'n eieren dan te maken met het christelijke feest? Er wordt gedacht dat dit het werk is van christelijke zendelingen: in een poging om mensen te bekeren, combineerden zij heidense rituelen met christelijke rituelen. Het resultaat: een paashaas die de opstanding van Jezus Christus komt vieren. Gezelligheid!