
Body & Mind
Amjad Almatni probeerde te genezen van homoseksualiteit: 'Ik mocht niet meer naar school en kreeg medicijnen'

Gepubliceerd op
15 februari 2025 om 10:00
Gepubliceerd op
15 februari 2025 om 10:00
Op zijn dertiende komt de omgeving van de Syrische Amjad Almatni erachter dat hij op mannen valt. Vijf jaar aan 'homogenezing' volgt. Pas als hij op zijn zeventiende naar Nederland vlucht, verandert er langzaam iets. 'De dag dat ik het homomonument in Amsterdam bezocht, was de mooiste dag van mijn leven.'
Amjad (24): 'Ik ben geboren en opgegroeid in een klein dorpje in Syrië. Daar heb ik altijd een veilige, fijne jeugd gehad. Alles veranderde toen mijn ouders er op mijn dertiende achterkwamen dat ik homo ben. Ik wist al langer dat ik jongens leuker vond dan meisjes, maar ik wist niet wat dat betekende. Het gebeurde gewoon. Wel wist ik dat we het woord 'homo' niet mochten zeggen. Dat mijn nicht het soms had over een homoseksuele man voor haar winkel die ze 'het liefst wilde slaan'. En dat mijn oom zei: 'Als je zoon homo is, moet je hem vermoorden.'
Maar al die tijd had ik geen idee wat homoseksualiteit was. Pas toen ik het op een dag besloot te googelen, begreep ik waar mijn familie het over had. Ik schrok, want ik had nog nooit mannen met mannen gezien. Maar ik realiseerde me ook dat dit precies was wat ik voelde. Dat maakte me enorm bang. Wat betekent dit? Is er iets mis met mij? Toen ik meer over homoseksualiteit begon te lezen, kwam ik erachter dat het een ziekte was. Ik kon er niet omheen. Ik was ziek en ik moest genezen.'
Genezen 'Eerst probeerde ik het zelf met tips die ik online vond. Ik wilde nog niet aan mijn familie vertellen dat ik ziek was. Neem een koude douche, drink dit drankje voor het slapen, lees deze religieuze tekst. In forums praatte ik met andere LHBTI'ers over homogenezing. Ik probeerde van alles om beter te worden, maar het lukte me niet. Op een dag vroeg mijn broer of ik homo was. Hij had de forums gezien op de computer. 'Ja, ik ben homo,' zei ik, 'maar ik wil er alles aan doen om te genezen.' Een dag later vertelde hij het aan mijn ouders. De enige reden waarom ze me toen niet hebben onterfd, is omdat ik zei dat ik beter wilde worden. Ze hadden liever een dode zoon dan een homoseksuele zoon. Lees ook: Talitha vroeg haar vriend ten huwelijk: 'Dat ik zoveel haatreacties zou krijgen, had ik niet verwacht'
Een lange tijd probeerden we het zelf, als gezin. Mijn moeder werd streng religieus, ze dacht dat mijn homoseksualiteit een straf van God was. Ik bleef oefeningen doen om mijn gevoelens te onderdrukken. Intussen werd het onveilig voor me om naar school te gaan. We woonden in een klein dorp, dus al snel wist iedereen dat ik homo was. Ik werd iedere dag uitgescholden, gepest en in elkaar geslagen door klasgenoten. Dat niet alleen: ik werd gezien als degene die het probleem veroorzaakte. Daarom mocht ik na twee jaar niet meer naar school, maar dat vond ik niet erg. Ik was bang op school. In plaats daarvan moest ik gaan werken. Er werd gedacht dat ik homo was geworden omdat ik niet genoeg mannelijke dingen deed, dus het werk was zwaar. Maandenlang sjouwde ik met zware stenen om een echte man te worden.'
Medicijnen als laatste hoop 'De laatste stap om te genezen, was de psycholoog. Hij gaf me wederom oefeningen mee. Ik moest naar het bos om frisse lucht in te ademen, een betere band opbouwen met mijn ouders. Als dat niet zou werken, zou ik medicijnen krijgen. 'Ik beloof je dat je na deze behandeling geen homo meer bent,' zei hij. Al snel ging ik over op de medicijnen. Dat waren pilletjes die me niet meteen hetero zouden maken, maar die wel mijn gevoelens voor mannen zouden wegnemen, zoals de psycholoog uitlegde. Ik heb geen idee wat voor medicijn het was, maar ik kreeg er heel nare bijwerkingen van en veranderde in een agressief persoon.
Inmiddels probeerde ik al vijf jaar te genezen. De psycholoog was mijn laatste hoop. Toen ik merkte dat ook dit niet hielp, durfde ik me voor het eerst af te vragen: wat als ik helemaal niet ziek ben? Die gedachte drukte ik meteen weg. Ik mocht dat niet denken. Het was geen optie om toe te geven dat ik op mannen val – er zou geen toekomst voor mij zijn. Maar ik kreeg de gedachte niet meer uit mijn hoofd. Wat als het oké is om homo te zijn? Toen ik de medicijnen bijna een maand gebruikte, zei ik tegen mijn ouders en psycholoog dat ik genezen was. 'Ik zei toch dat het zou lukken,' zei de psycholoog. Ik kon alleen maar denken aan alle mannen voor mij, die dezelfde leugen hebben verteld.' Lees ook: Bij een woningbrand verloor Veronica haar moeder en zusjes: 'De hoeveelheid rook was verstikkend'
Naar Nederland 'Nog geen jaar later vertelde ik aan mijn ouders dat ik naar Nederland wilde. Het was oorlog in Syrië, en het werd voor LHBTI'ers nog onveiliger dan dat het al was. Niet dat mijn ouders wisten dat ik wilde vluchten vanwege mijn seksualiteit. Zij dachten nog steeds dat ik was genezen. Mijn vader besloot mee te gaan, hij wilde me niet alleen laten. Na anderhalve maand lopen kwamen we aan in Nederland. Heel even voelde het als een bevrijding, maar dat veranderde toen we aankwamen in het asielzoekerscentrum in Ter Apel. Het was daar voor mij nog onveiliger dan in Syrië. Toen binnenkwam zag ik meteen hoe LHBTI'ers werden gediscrimineerd, gepest en uitgescholden. Het eerste wat ik dacht was: wat heb ik mezelf aangedaan? Nu ben ik niet alleen homo, maar ook vluchteling. Ik kon nog steeds niet mezelf zijn.
Een week later werden we naar het asielzoekerscentrum in Zutphen gestuurd. Vier maanden laten werd dat het AZC in Wageningen. Overal was de situatie hetzelfde. Ik durfde maandenlang mijn kamer niet uit te komen. Het was een uitzichtloze tijd, maar ik weigerde te accepteren dat dit mijn nieuwe leven zou zijn. Toen ik achttien werd, gaf ik aan dat ik niet meer met mijn vader wilde wonen. Zolang hij er was, zou ik niet mezelf kunnen zijn. Ik werd overgeplaatst naar het AZC in Arnhem en kreeg een eigen unit. Het eerste wat ik deed, was de regenboogvlag uit mijn raam hangen. Iedereen praatte over me, maar het maakte me niet meer uit. Ik kon nu beetje bij beetje mijn eigen leven opbouwen. Langzaam realiseerde ik me dat ik in Nederland veilig ben. Niet iedereen zal me altijd accepteren, maar ik hoef niet meer bang te zijn.'
Een nieuw leven 'Na negen maanden in verschillende asielzoekerscentra te hebben gezeten, kreeg ik vijf jaar geleden een eigen woning toegewezen in de stad. Als jongetje in Syrië die dacht dat er iets mis met hem was, droomde ik ervan om in Amsterdam te wonen. Daar zal ik me veilig voelen, dacht ik tien jaar geleden. Maar op het moment dat ik mijn eigen woning kreeg, was ik nog steeds niet openlijk queer. De enige die het wist, was Corrie. Ik ontmoette haar op een evenement van Buddy to Buddy, een organisatie die vluchtelingen aan Nederlanders koppelt. We werden beste vrienden, en bij haar voelde ik me voor het eerst geaccepteerd. Als verjaardagscadeautje nam ze me op mijn achttiende mee naar het homomonument in Amsterdam. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik een regenboogvlag zag wapperen – en dat die er gewoon mocht zijn. Dat is tot op de dag van vandaag de mooiste dag uit mijn leven.' Lees ook: Silvia maakt mijlpaalkaarten voor kankerpatiënten: 'Na 1,5 jaar aan behandelingen wilde ik iets tastbaars'
Daarna moest ik nog iets met de rest van mijn omgeving. Ik besloot het programma LGBT-Refugee te mailen, waarin gevluchte LHBTI'ers worden geïnterviewd. Ik was niet meer bang en de hele wereld mocht het weten. En zo kwam ik, zes jaar later, voor de tweede keer uit de kast, maar dan op nationale televisie en voor heel Nederland. Toen mijn moeder dat zag, belde ze me op. 'Je kan blijkbaar niet genezen. Ik ben trots op je.' Mijn ouders woonden op dat moment inmiddels ook in Nederland en hun nieuwe omgeving had hen veranderd, ze zagen bijvoorbeeld hoe Corrie me accepteerde. Mijn ouders waren niet meer dezelfde mensen. Maar ook ik veranderde vanaf dat moment. Voor het eerst in mijn leven mocht ik er zijn. Een nieuw leven begon.'
Accepteren kun je leren 'Momenteel zit ik in het tweede jaar van de studie bestuurskunde en zet ik me op allerlei manieren in voor diversiteit, inclusie en gelijkheid, onder andere als vrijwilliger in het AZC Amsterdam. Ik wil gevluchte queerjongeren laten zien dat ze niet alleen zijn en dat ze er mogen zijn – ook al zullen er altijd mensen blijven die over hen oordelen. Tegen deze mensen wil ik zeggen: durf eens de eerste stap te zetten naar iemand die je niet goed kent. Je zult zien dat we meer op elkaar lijken dan dat we verschillen.'
delen

Meike van Zandvoort
InstagramMeike van Zandvoort is redacteur bij &C en schrijft omdat ze verder voor geen meter kan rekenen. Ze aait elke kat die ze op straat tegenkomt, koopt het liefst elke dag een nieuw boek en wordt het allergelukkigst van een blauwe lucht.