Na het overlijden van zijn zus zorgt Luigino voor haar zeven kinderen: 'Lala zorgt dat alles blijft groeien'

Body & Mind

Na het overlijden van zijn zus zorgt Luigino voor haar zeven kinderen: 'Lala zorgt dat alles blijft groeien'

Redactie
Door

Redactie

Gepubliceerd op

17 maart 2025 om 21:00

Bron / Fotografie

interview Caroline van Mourik, fotografie Dario & Misja

Gepubliceerd op

17 maart 2025 om 21:00

Bron / Fotografie

interview Caroline van Mourik, fotografie Dario & Misja

Twee jaar geleden overleed de zus van Luigino Hooi totaal onverwachts op veertigjarige leeftijd. Samen met zijn moeder zorgt hij nu voor haar zeven kinderen. Voor &C's maartnummer deelde hij zijn verhaal.

Luigino (31): ''Als ik dood ben, moet jij voor mijn kinderen zorgen,' zei mijn zus Ludgerda vaak. Mijn standaard reactie: 'Ik dacht het niet!' Ze bracht het als grapje, maar ik proefde de serieuze ondertoon erin. Van de gedachte alleen al kreeg ik een error. Ik werk met kinderen, eerst in de kinderopvang en jeugdzorg, en nu alweer jaren in het basisonderwijs. Ik geef om hen allemaal, maar alsjeblieft zeg, laat mij nog heel lang een vrije vogel zijn. Vlak voor haar overlijden benoemde zij het ook weer, terwijl niets er toen op wees dat ze daadwerkelijk zou sterven. Wist ik veel dat het kort daarna zou uitkomen.'

Grote broer 'Mijn zus noemde zichzelf Lala en ook voor ons werd dat haar naam. Zij was de oudste, toch was ik altijd al de grote broer. Waarom weet ik niet precies, op de een of andere manier pakte ik toen al die rol. Nog steeds kijkt iedereen naar mij als er wat is: wat vindt Luigino ervan? Samen met mijn moeder en broertje vormen we een hecht gezin. We hebben een grote Antilliaanse familie. Toen mijn oma nog leefde, waren we elke zondag met alle ooms, tantes en kinderen bij haar en nog steeds zien we elkaar regelmatig. Ik hield van mijn zus, maar vond haar toen ik jonger was ook vaak irritant. Zij was van de grapjes, plaagde mij graag met flauwe opmerkingen over mijn outfits.

Op mijn twaalfde werd ik voor de eerste keer oom Luigino. Ik ben gek op al mijn neefjes en nichtjes, maar ik vond er altijd wel wat van als Lala weer zwanger was. Het was echt haar grote droom. 'Later wil ik zeven kinderen,' riep ze als meisje al. Van die kinderwens begreep ik als jonge jongen weinig. Zelf wilde ik misschien helemaal geen kinderen. Lala was een alleenstaande moeder, net als onze moeder die haar drie kinderen in haar eentje heeft opgevoed. De twee vaders van haar kinderen waren nauwelijks in beeld, net als onze eigen vader dat nooit was.

Lees ook: Bij een woningbrand verloor Veronica haar moeder en zusjes: 'De hoeveelheid rook was verstikkend'

Toch was dat geen gemis. Mijn moeder was twee ouders tegelijk. Zorgzaam, liefdevol en een tikkeltje streng. Wat een vader doet, deed zij ook. Een knuffel, wijze raad of een potje stoeien, ze schakelde net zo makkelijk van de moederlijke naar de vaderlijke rol. Mijn moeder hielp mijn zus veel met haar kinderen en zij waren dan ook veel bij ons thuis. We zijn als het ware samen opgegroeid.'

Van jarig naar doodziek 'Begin februari 2022 was het groot feest: we vierden de veertigste verjaardag van Lala. De week erop kreeg ze griepachtige klachten die razendsnel explodeerden. Haar lijf deed vreselijk veel pijn, ze voelde een vreemde druk op haar borst en hoestte ineens bloed op. Ze verslechterde in zo'n hoog tempo dat ze op de vrijdagavond na haar verjaardag op de intensive care aan de beademing werd gelegd. Doodeng was het. Ze werd overgeplaatst naar een academisch ziekenhuis met een machine die haar longen tijdelijk overnam zodat haar lichaam kon herstellen. Complicaties stapelden zich op: bloedvergiftiging, een streptokokkeninfectie. 

Nog geen week geleden was er niets met haar aan de hand en nu ging ze misschien dood? Onbegrijpelijk en ongelooflijk. Ik schakelde over op de automatische piloot. Voortdurend probeerde ik controle te krijgen, voor mijn emoties was geen plek. Of de kinderen me nodig hadden, of mijn moeder en broertje overeind bleven, of de verpleegkundigen hun werk goed deden. Ik was meer de manager dan de broer die zijn zus misschien ging verliezen. We leefden tussen hoop en vrees en waren dag en nacht bij haar. 

De hoop werd ons ontnomen toen de arts vertelde dat ze niets meer voor haar konden doen. In de vroege nacht van zaterdag op zondag stopte haar hart er twee keer mee. De laatste keer was vlak voordat ik tegen mijn inmiddels uitgeputte familie had gezegd: 'Proberen jullie wat te slapen, ik blijf hier.' Toen iedereen met zijn jassen aan naar de uitgang van het ziekenhuis liep, werden ze teruggehaald. Net op tijd, want korte tijd daarna glipte onze lieve Lala weg. Het was voorbij. Wij bleven ontgoocheld achter en zeven kinderen verloren hun moeder.'

Alles roze en een brassband 'Daar stond ik in het holst van de nacht op mijn telefoon te googelen: wat moet je doen als iemand is overleden? Ik wist niets en er lag geen checklist klaar. Ik vond een noodnummer van de verzekering. 'Mijn zus is dood, en nu?' vroeg ik. De man aan de andere kant van de lijn was heel kalm en praktisch. De uitvaart moest zo groots mogelijk. Lala's lievelingskleur was roze, dus wilde ik een roze kist – ook al moest die speciaal gemaakt worden – en een roze rouwauto. 'Die brengt mijn zus van het uitvaartcentrum naar het huis van mijn moeder, maar naar de kerk gaat ze met een paardenkoets,' zei ik tegen de uitvaartondernemer die het Spaans benauwd van me kreeg. 'Ik ben bang dat dat lastig wordt,' probeerde ze nog. 'Luister, dit is voor mijn zus. Alles wat bijzonder kan, móét bijzonder,' zei ik. 

Amper drie weken na het grote verjaardagsfeest was iedereen er weer, maar dan voor haar begrafenis. Twee dagen ervoor hebben we een stille tocht gehouden. Een wandeling van een kwartier over de openbare weg. Dat mag niet zomaar en we hadden niets officieel aangevraagd. Aan alle kanten liep het verkeer helemaal vast. De politieauto die toevallig langsreed stopte meteen. De agenten die uitstapten, knikten naar ons en begonnen gelijk het verkeer te regelen om ons de ruimte te geven. Op de dag van de uitvaart liepen wij achter een witte koets met daarin de felroze kist. Een indrukwekkend gezicht, er heeft zelfs nog een stukje over in de krant gestaan. Een brassband, zangers, een groep ronkende motoren die de stoet voorging, alles waar Lala zo van hield nog één keer voor haar. Ik weet zeker dat als ze erbij had kunnen zijn, ze het zo had gewild.'

Rouwen en regelen 'Terugkijkend weet ik niet hoe ik het eerste jaar ben doorgekomen. Elke dag stond in het teken van het verzorgen en opvangen van de kinderen, mijn moeder helpen en vooral héél véél regelen. Van financiële zaken tot afspraken verzetten bij de orthodontist. Er kwam geen einde aan de takenlijst. De jongste van anderhalf moest nog worden ingeschreven bij de peuterspeelzaal, het huurhuis van mijn zus moest voor het einde van de maand leeg, de voogdij moest geregeld worden. 

Mijn moeder en ik hebben nooit tegen elkaar gezegd: 'Wie neemt de kinderen?' Het ging als vanzelf dat zij hen in huis nam. Zes kinderen tussen de anderhalf en veertien jaar, de oudste woonde al zelfstandig. Ikzelf had toen nog een piepklein eenkamerappartement waar alleen mijn vriendin en mijn kast vol colbertjes bij pasten. Om mijn moeder te ontzien sliepen de twee kleinsten van anderhalf en drie jaar om het weekend bij mij. Gewoon hutjemutje bij ons in bed.

Lees ook: Niki heeft een vorm van kanker die één keer per jaar voorkomt: ''Google er maar niet naar,' zeiden de artsen'

Het gemis van hun mama was en is gigantisch en hartverscheurend, ook al was bij oma thuis zijn vertrouwd. Na mijn werk ging ik naar mijn moeder om te helpen en te regelen, om te troosten en te spelen met de kleintjes en om de pubers die het heel moeilijk hadden in toom te houden. Hoe hard iedereen ook zijn best deed, het verdriet overheerste en ik zag dat mijn moeder het loeizwaar had. Die was van oma opeens weer moeder terwijl ze zelf haar dochter was verloren. We moesten een andere vorm creëren. Mijn vriendin zei: 'Dit is niet hoe we het bedacht hadden toen we twee jaar geleden verliefd werden, maar we gaan voor ze zorgen, met elkaar.'

En toen rolde het na het eerste jaar eindelijk een betere kant op. Hoe kan het dat er opeens zo veel goede dingen gebeuren? vroegen we ons regelmatig af. Want waar het voor starters op de huizenmarkt bijna onmogelijk is om een huis te kopen, hadden mijn vriendin en ik heel snel nadat we besloten ervoor te gaan een heerlijk huis gevonden. Met genoeg kamers zodat de helft van de kinderen ook bij ons kan zijn. Daarbovenop kwam een buitenkansje voor een grote auto waar ik voorheen alleen van had kunnen dromen en onlangs zijn we met het hele gezin op vakantie geweest. 

Lala moet daar haast wel een handje in hebben. Het geeft in ieder geval troost om er zo over te denken. Ik geloof erin dat ze ons vanaf haar wolk – roze, kan niet anders – nog steeds kan zien. Je verzint het niet, maar de dag kan nog zo grijs zijn, als ik bij haar graf ben, is er altijd een streepje zon. En de rozenstruik die ik naast haar grafsteen, met het bronzen beeld van haar en al haar kinderen in een cirkel, heb gezet, blijft bloeien en nieuwe knoppen geven, zelfs hartje winter. Lala zorgt dat alles blijft groeien.'

Levenshaast 'Ons huis is het tweede huis voor al mijn nichtjes en neefjes. Het draait volgens een roulatiesysteem zonder vast rooster, heel organisch. Dan zijn de pubers bij ons en een paar dagen later gaan zij naar oma en komen de kleintjes hier tot we weer wisselen. Wonderbaarlijk dat het lukt zonder discussie of gedoe, maar we koesteren het. We doen alles op gevoel en wat het beste is voor de kinderen. Bij alles betrekken we hun moeder. Tijdens familieaangelegenheden zetten we er een grote foto van haar bij. 

Soms vergissen de kleintjes zich en zeggen ze 'mama' tegen hun oma. Dat verbeteren we dan toch, want ze hebben maar één echte mama. 'Die is nu een sterretje, hè? Ik zou willen dat ik nog even naar haar toe kon,' zeggen ze dan. De oudsten gaan heel anders om met het verlies. Zij praten er niet graag over en dat mag. Iedereen rouwt op zijn eigen manier. Ik hou ze goed in de gaten en ben er onvoorwaardelijk voor ze als ze me nodig hebben. Ik ben hun 'oompie'. Als we ergens zijn wordt er vaak gedacht dat ik de vader ben. 'Vraag maar even aan je vader,' is het dan. Niemand heeft zin om steeds uit te leggen hoe het zit dus dat laten we. 

Voor rouwen heb ik nog geen ruimte gevonden. Ik vind dat de tranen er gewoon uit mogen, maar dat lukt moeilijk. Pas na het eerste jaar kon ik voor het eerst echt een keer de ogen uit mijn kop janken. Het voelde alsof hoofdstuk 1 was afgesloten. Iedereen was een soort van gewend aan de nieuwe situatie en we hadden het overleefd. Met dat besef is er wat ruimte gekomen om verdriet te voelen, maar écht rouwen lukt me niet.

Het liefst zou ik de laatste dag samen nog tien keer beleven en erbij stilstaan wat het met mij deed in plaats van zorgen voor iedereen om me heen, maar ja, zo is het niet gegaan. Eigenlijk heb ik alleen spijt dat ik een week na de begrafenis alweer ging werken. Er wachtte een klas met dertig leerlingen op me, vond ik. Daarmee heb ik voor hen wat goeds gedaan, maar ben ik mezelf voorbijgelopen. Achteraf had ik meer tijd moeten nemen om te rouwen, maar ik kon niet anders. Mensen zeggen dat de klap nog wel komt. 'Zelfs sterke bomen vallen om,' waarschuwde iemand me. Nou, het stormt anders al een flinke tijd en ik sta nog overeind.

Lees ook: Het samengestelde gezin van Wouter en Pascalle ging niet van een leien dakje: 'Mees vroeg: 'Heb ik ook een papa?''

Natuurlijk zijn er momenten dat ik er even he-le-maal klaar mee ben. Ik voel me altijd de vader van iedereen, de waakhond en prittstift tegelijk. Als mijn moeder en zus vroeger ruzie hadden, belden ze mij onafhankelijk van elkaar. Ik luisterde, zei wat en meestal was het dan binnen een halfuur weer goedgemaakt. Als ik nu thuiskom en zie dat de kamer een grote bende met niet opgeruimde kinderspullen is, ik gebekvecht hoor, vraag nummer driehonderd krijg – 'Oompie, mag ik...' – en dan ook nog in de ouderapp van de middelbare school berichten krijg over niet gemaakt huiswerk, ontplof ik. Gelukkig duurt dat bij mij nooit zo lang.

'Ik bewonder hoe jullie het doen,' zeggen mensen wel. Dan besef ik weer even goed waar we in zitten. Maar ik probeer niet steeds stil te staan bij de impact omdat het me niet helpt. Met die energie kan ik beter meeveren en mezelf aanpassen. Aan de ene kant ben ik zachter en rustiger geworden, maar ik heb echt geen tijd meer voor bullshit. Ik heb weinig geduld voor getrut en bemoeienis, ook al is het goedbedoeld. Ik zal heus niet alles goed doen, maar ik weet met mijn pedagogische kennis en ervaring echt wel waar ik mee bezig ben.'

Hou van je leven 'Ik vind het fijn om over Lala te praten in de tegenwoordige tijd. Daarmee doe ik alsof ze er nog is, want ik wil haar niet vergeten. Ze moet dichtbij blijven. Elke zondag ga ik met een bos rozen naar de begraafplaats. Haar plekje moet er goed uitzien. Met terugwerkende kracht heb ik grote bewondering voor Lala. Wij doen het nu met z'n drieën, zij zorgde in haar eentje voor haar kinderen. Hou van je leven, was haar motto. Vlak voordat ze overleed, zei ze het nog tegen haar kinderen. Met die laatste zin in onze gedachten doen we ons best.  Dit scenario had niemand voor ogen, maar dit is nu ons leven en ik sta er soms versteld van hoe natuurlijk het allemaal gaat. De kinderen voelen als van mezelf, al weet ik natuurlijk niet hoe dat écht voelt. Wie weet komt dat nog. Nu hebben deze kinderen voorrang op alles. 

Met 'later' ben ik niet bezig, ik heb mijn handen vol aan vandaag. Waar ik kort voor het overlijden van mijn zus nog serieus overwoog om naar Curaçao te emigreren, heb ik nu huisje-boompje-neefjes-en-nichtjes. Wat ik het meest mis, is de rust en onbezorgdheid die ik voorheen heel normaal vond. Zelfs als ik slaap, droom ik van dingen die nog geregeld en gedaan moeten worden. Ik zorg al van jongs af aan voor andermans kroost alsof ze een beetje van mij zijn, maar na werktijd draaide mijn leven om mij. Op de bank ploffen na een lange werkdag of in het weekend de stad in om te lunchen en shoppen? Niet zo vanzelfsprekend meer, want er moet altijd wel iemand naar turnen, een sportwedstrijd of kookles. Het is schipperen met tijd en mijn vriendin en ik moeten bewust tijd plannen voor onszelf én elkaar. Voor je het weet ben je alleen maar vadertje en moedertje aan het spelen. Ik probeer wel de meeste dingen zelf te doen, want ik wil niet dat zij voelt dat het haar verantwoordelijkheid is. Een oudergesprek op school? Dat doe ik, het zijn mijn neefjes en nichtjes. Maar ze helpt en is er altijd aan de zijlijn, heel fijn. 

Ik blijf overeind door af en toe stoom af te blazen en even pauze te nemen van de kinderen en verantwoordelijkheid. Het liefst ga ik dan naar twee feestjes op een avond. Die levenshaast die ik voel is nieuw voor mij. Ik wil niets missen nu ik weet dat het echt zomaar afgelopen kan zijn. Het emigratieplan heb ik overboord gegooid, maar wie weet komt er een grote boerderij waar we met de hele familie in passen. Geen roulatieschema's meer, gewoon met z'n allen in één huis wonen.

Wat zou ik mijn zus graag nog even bellen. Om te vertellen dat zonder haar alles er zo anders uitziet, maar dat ik ondanks het verlies en het gemis van mijn leven hou. Als de kinderen zingend in de auto zitten, kan ik echt genieten. Wat zich dan direct mengt met: kon Lala dit allemaal maar meemaken. Die gedachtes blokkeer ik gelijk omdat ik niet wil dat het verdriet de overhand neemt. Ik wil dankbaar zijn dat we elkaar hebben. En als ik haar dan toch aan de lijn zou hebben, kon ik haar alsnog vertellen wat ik nooit hardop heb gezegd, maar doe met alle liefde die ik in me heb: 'O, en Lala, natuurlijk zorg ik voor je kinderen.''

Scoor hier &C's maartnummer!

7 ,45

delen
Redactie

Het komt wellicht niet als een gigantische schok, maar de &C-redactie bestaat voornamelijk uit vrouwen. De een heeft een kind, de ander een plant, maar allemaal hebben ze een koffieverslaving. Oh, en ze dragen heus weleens wat anders dan pastel.

Meer van deze auteur

Wil je ook lezen