Column
Het stellen van deze vraag zou bij wet verboden moeten worden
Gepubliceerd op
12 oktober 2023 om 20:00
Bron / Fotografie
fotografie Ruud Janssen
Gepubliceerd op
12 oktober 2023 om 20:00
Bron / Fotografie
fotografie Ruud Janssen
We zaten in een kroeg. Mijn vriend had net op glorieuze wijze zijn eerste marathon gerend. We deelden een tafeltje met drie jonge mannen die er al een marathonnetje of twintig op hadden zitten. Er werden verhalen over ontberingen, prestaties en verlegde grenzen gedeeld. Plots de vraag: 'En Floor, wat doe jij eigenlijk aan sport?'
'Eh,' zei ik, terwijl door mijn hoofd schoot dat het stellen van deze vraag aan een tafel met alleen maar marathonrenners bij wet verboden zou moeten worden.
Ik had aan niemand iets te bewijzen of uit te leggen, maar ik begon het toch te doen. Het werd een omslachtig verhaal over hoe ik ooit best actief gesport had, maar sinds mijn zwangerschappen nooit meer echt begonnen was. En al terwijl ik praatte, wist ik dat ik me niet aan het verantwoorden was tegenover de mannen met wie ik aan dat tafeltje zat, maar tegenover mijn vroegere, fitte zelf.
God, wat miste ik haar soms.
Sinds mijn twee zwangerschappen, de eerste nu bijna zeven jaar geleden, heeft mijn lichaam eigenlijk nooit meer echt als thuis gevoeld. Ik woonde er nog wel, maar het voelde aan als het huis waarin je net een feest hebt gegeven: je hebt voor gastvrouw gespeeld, er zijn herinneringen gemaakt, er is gelachen en gehuild en het was allemaal heus de moeite waard. Maar nu zit je alleen op een plakkerige vloer te midden van de chaos. Niets staat meer op z'n plek, er zijn dingen stuk, de deur klemt ineens en de vloer kraakt waar dat voorheen niet het geval was. Je wil er wel een bezem doorhalen, maar je weet niet waar te beginnen en als je het wel zou weten, dan had je de energie niet om het te doen.
Wanneer het gaat over 'hoe het vrouwenlichaam door zwangerschap verandert', gaat het eigenlijk altijd over hoe anders dat lichaam eruit ziet. Van mij mag het wel wat vaker gaan over hoe anders dat lichaam voelt.
De bekkenpijn die ik tijdens mijn zwangerschappen had, heeft me nooit meer helemaal verlaten. De stijve schouder die ik aan het borstvoeden heb overgehouden, bleek een blijvertje. De zeurende onderrug trouwens ook. Of het kwam door een verzwakte core, een verkeerde houding of een overbelaste bekkenbodem, ik had geen idee.
Uitvogelen van welke sport mijn klachten over zouden gaan en waar ze alleen maar erger van zouden worden, werd in mijn hoofd een puzzel die steeds minder oplosbaar leek. En dus maakte ik mezelf maar wijs dat ik het allemaal niet meer belangrijk vond.
Maar nu zat ik ineens in een kroeg met mijn marathonrennende vriend die naast me zat te glimmen van fitheid en voldoening. Mijn vriend die zich in krap vier maanden tijd van 'ik ben stijf en onfit' naar 'ik ren een marathon' had getraind. En ik realiseerde me dat ik niet alleen taffestrots, maar ook stikjaloers op hem was.
Jaloers op zijn fitheid. Op zijn kracht. Op zijn lichaam dat deed wat hij wilde. De tijd die hij ervoor had vrijgemaakt. De hulp die hij erbij had gezocht. De prioriteit die hij eraan had gegeven.
Thuis in bed zocht ik zeven jaar na mijn eerste bevalling voor het eerst naar een fysio, en ik besloot om voor mezelf weer belangrijk te maken wat altijd al belangrijk was.
delen
Floor Bakhuys Roozeboom
InstagramFloor Bakhuys Roozeboom (39) is schrijver, journalist en columnist. Ze woont in Haarlem met haar vriend en twee kinderen en werkt aan een boek over ouderschap. Voor &C schrijft ze om de week over de grote en kleine mislukkingen, worstelingen en struikelmomenten des levens.