James Worthy heeft zijn oog op een non-monogaam feest. Hij is monogaam, maar gelooft hij daar wel in?

Mijn beste vriend laat foto's op zijn telefoon zien. Overenthousiast scrol ik door de kiekjes. Mijn tong hangt uit mijn mond als de rugzak van een kind dat geslaagd is.

'Is dit misschien iets voor jullie?' vraagt hij.

'Zo'n seksfeest bedoel je?'

'Het is geen seksfeest. Nee, dit feest is een grote middelvinger naar het ouderwetse verzinsel genaamd monogamie.'

'Het klinkt vooral erg vermoeiend. Is er een dresscode?' vraag ik. 

'Alle mannen komen in pak en de vrouwen moeten lingerie dragen,' zegt mijn beste vriend.

'Hoe doen die organisatoren dat dan qua temperatuurregulering? De mannen dragen pakken en de vrouwen dragen weinig tot niets. Zijn al die mannen niet aan het zweten dan? En als de mannen niet aan het zweten zijn, hebben de vrouwen het dan niet ijskoud?' vraag ik. 

'Gast, waar heb je het over? Het gaat hier niet om kleding, maar om monogamie. Geloof je in monogamie?'

'Ik weet het niet. Ik denk dat ik wel in monogamie geloof, maar ik hou niet van mensen die monogaam zijn. Monogame mensen vinden het altijd zo knap dat ze monogaam zijn. En blijven. Ze lijken een gouden medaille voor die shit te willen. Ik ben monogaam, maar ik vind het niet iets om over op te scheppen of zo.'

'Je bent het, maar wil je het ook zijn?' vraagt hij. 

'Dat zijn de goede vragen, vriend. Ik eet vlees, maar wil ik wel vlees eten? Ik drink alcohol, maar wil ik wel drinken? Ik ben monogaam, maar wil ik wel monogaam zijn? Ik ben ook maar een mens. Ik ben ook maar gewoon vlees, botten, bloed en heel veel twijfel.'

'En je bent ook stout. Ik ken je al dertig jaar, James,' zegt mijn beste vriend. 

'Stout? Mijn zoon die stiekem mijn creditcard gebruikt om een skin op Fortnite te kopen, dat is stout. Een pak aantrekken om met andere mensen te wippen, is niet stout. Als je ruimdenkend wil zijn, moet je het wel ownen. Wees ruimdenkend met trots, maak er geen belletjetrek van. Ren er niet voor weg,' zeg ik.

'Maar dan moet jij ook niet wegrennen. Jij kijkt en denkt toch ook aan andere vrouwen?' 

'Ik kijk en ik denk, inderdaad. Ik kijk en ik denk mezelf een ongeluk. En voor mij is dat genoeg. Ik heb genoeg aan mijn fantasie. Ik ben de ruimdenkendste man die ik ken, maar het blijft bij denken. Heel ruim denken. Het enige seksfeest dat ik wil bezoeken, vindt plaats in mijn hoofd. Mijn schedelorgies zijn wereldberoemd. En niemand hoeft lingerie te dragen. Een trainingsbroek is ook goed.'

'Jij bent de vermoeiendste man die ik ken. En de ballotagecommissie had jou toch nooit toegelaten,' lacht hij. 

'Is er een ballotagecommissie? Je lult! Dus aan de ene kant vier je de ruimdenkendheid, maar aan de andere kant denk je in hokjes? Niets is zo zaaddodend als tegenstrijdigheid.'

'Mag ik mijn telefoon dan terug?' vraagt hij. 

'Ja, strakjes.'