Anna Karolina #331: de verdachte beller

Column

Anna Karolina #331: de verdachte beller

Anna Karolina Caban
Door

Anna Karolina Caban

Gepubliceerd op

26 oktober 2024 om 19:00

Bron / Fotografie

fotografie Tom ten Seldam

Gepubliceerd op

26 oktober 2024 om 19:00

Bron / Fotografie

fotografie Tom ten Seldam

Het voelt vervreemdend om weer in de stad te zijn. De mensen, straten, stoplichten, drukte van Amsterdam, alles voelt zo vertrouwd en toch zo onbekend.

De dagen hiervoor lijken allemaal miraculeus te zijn verdrongen naar een leven dat niet de mijne is. Blijkbaar beschikt mijn ziel over een mooi geordend systeem om alle slechte traumatische ervaring in hermetisch gesloten lades op te sluiten zodat ze het daglicht niet meer zullen zien. De ogen van Nadia staan gefocust. We rijden in de tunnel richting IJburg. Nadia drukt me op het hart dat we veilig zijn op de plek waar we heen gaan.

'Weet je zeker dat dit een goed idee is?' vraag ik haar.

'Ja, je hebt lang genoeg opgesloten gezeten.' Ze kijkt recht voor zich uit en knikt om haar woorden kracht bij te zetten. 'Ik heb je gemist,' zegt ze vervolgens bijna mechanisch.

'Ik jou ook,' antwoord ik, en ik laat mijn blik hangen op een wandelaar met zijn grote hond. Hoe heerlijk, het kleine leven. Het leven van opstaan, koffie zetten, boterhammetje eten, de hond uitlaten. Ik wil weer terug naar dat. Door alles wat gebeurd is, voel ik me wel tien jaar ouder. Mijn hang naar avontuur is door alle gebeurtenissen flink verzadigd.

'Hoe was het afscheid met Alejandro?' vraagt Nadia zonder me aan te kijken.

Een vlijmscherp mes snijdt diep in mijn hart bij het horen van zijn naam. Ik blijf stil. Nadia vervolgt:

'Ik hoorde dat hij je op het vliegtuig heeft gezet.'

En dan volgt de draai naar links en rechts van het mes, het maakt mijn hart tot een potje gehakt. De kast in mijn hoofd weet zich geen raad en opent twee lades die dichtgetimmerd leken.

Alejandro, Sebastiaan. De twee namen dansen door mijn hoofd.

Nadia legt haar hand op mijn knie. 'Sorry, misschien iets te snel. Maar ik ben blij dat je veilig bent hier.'

Ik bijt op mijn lip en staar naar buiten. Hoe weet zij dat Alejandro mij op het vliegtuig heeft gezet? Was ze daar? Of heeft ze nog banden met iemand van zijn beveiliging?

Hoe dom was ik om te denken dat ik alles zo makkelijk kon vergeten, of alles voor even van me af kon doen glijden. Liefde en lust laten zich niet elimineren. Allebei zijn ze zo ontiegelijk sterk dat ze vechten om bestaansrecht en er allebei als winnaar uit willen komen. Ik zou ze allebei zo graag willen haten, vergeten, maar het lukt me niet bij allebei. Mijn liefde voor Sebastiaan voelt als een gegeven. Het is er en zal nooit weggaan. Mijn honger, mijn lust, mijn hatelijke verlangen naar Alejandro is iets wat ik het liefst wil doen verdwijnen, maar zich maar niet laat weggummen. Maar iets wat je graag wilt vergeten geeft alleen maar aan dat het nog steeds actief is. En die gedachte, juist dat besef, dat ikzelf nog niet over Alejandro heen ben, maakt me woest.

We stoppen bij een restaurant aan het water.

'Kom Anna. Het zal je goed doen.' Nadia stapt uit en knikt met haar hoofd naar me, maar ik zit als vastgelijmd aan de zitting. Ik zie blije gezichten van mensen die hier duidelijk vaker komen en gezellig kletsen over hun ongecompliceerde levens. Glazen wijn, salades, lachbekkies. Hier heb ik ooit tussen gezeten en vooral tussen gepast, maar dat is voorbij. Ik weet te veel, heb te veel gezien, te veel gevoeld. Ik zal nooit meer terug kunnen naar het leven dat toen zo nietig leek en nu zo waardevol. Ze zeggen wel eens dat je pas het licht kan zien als je door de duisternis loopt, maar geloof me, die duisternis vreet al het licht op.

De zon schijnt, ik ben veilig, ik ben terug, en toch voelt het alsof alle strengen met Sebastiaan en Alejandro krachtiger dan ooit aan me trekken. Misschien is het in mijn geval omgekeerd en wordt de duisternis alleen maar zwarter door het licht dat ik nu voor me zie.

Nadia opent de portier, bukt, opent mijn veiligheidsgordel en trekt me mee naar buiten. Een telefoonsignaal gaat af en het valt me op dat ze me direct loslaat en haar gezicht van me wegdraait. Ze neemt op, maar zegt niks. Dan stopt ze het toestel weer weg en pakt me weer stevig vast.

'Wie was dat?'

'Kom.'

Ze trekt me mee, en ik krijg het nare voorgevoel dat ik binnen had moeten blijven.

Wordt vervolgd.

delen
Anna Karolina Caban

Anna, schrijver van de erotische thriller 'Vrijspel', schrijft iedere week over haar zoektocht naar de ware (meeslepende) liefde die als een stevige rode draad door haar leven loopt. Elke zaterdagavond om 19.00 uur lees je een gloednieuwe aflevering op &C the website.

Meer van deze auteur

Wil je ook lezen